De reformatorische gezindte heeft goud in handen
De kerk was groot en stil en vervulde me altijd met ontzag en eerbied. Ik hield van de kerk. Niet dat ik het als kind altijd prettig vond dat de diensten zo lang duurden, maar voor mij was het er warm en veilig. En vooral: God was daar! Ik wilde bij Hem horen en een nieuw hart krijgen. Waar kon ik dan beter zijn dan in de kerk? Als ik nu aan deze kerk denk, zie ik nog steeds die goudkleur voor me. Dat was de kleur van de vloerbedekking.
Ik zie het zachte licht dat uit de rijen hanglampen straalt. Aan elk snoer hangen er zeven naar beneden. Ik oefen de tafels ermee: vier keer zeven aan de ene kant van de preekstoel en vier keer zeven aan de andere kant. Elke rij is voor een familie. Wij zijn met zes. Oma is alleen, dus die kan er dan nog bij. Voor ons zit een gezin met zeven mensen. Die kunnen allemaal precies één rij lampen krijgen.
Wil je verder lezen?
Als lid krijg je onbeperkt toegang tot cvandaag.nl
Praatmee